top of page

#7: Speel Bridge In Plaats Van Poker

Serie Brexit: Onderhandelingslessen Tussen Het Puin


In onderhandelingen is niets belangrijker dan de intentie van de partijen. Hoe complex het onderwerp en hoe ver de partijen ook uit elkaar liggen, een constructieve intentie is het essentiële ingrediënt om tot iets te komen dat voldoet aan de kernbelangen van alle partijen. Als het helder is dat we samen iets gaan creëren, kunnen de onderhandelingen over de moeilijkste onderwerpen echt beginnen. En een goed begin, zoals eerder besproken, is het het hele werk.

Het is allemaal vanzelfsprekend, waarom verdient het dan toch aandacht? Dat komt omdat intentie vaak niet gecheckt wordt (inclusief zelfcontrole!) gedurende het proces. Als onderhandelen een kaartspel was, kan constructief onderhandelen worden vergeleken met het spel Bridge. Bridge komt oorspronkelijk uit het 17e-eeuwse Engeland en wordt gespeeld door twee paren van elk twee spelers. Zittend aan de tegenovergestelde zijden van een vierkante tafel, lijken leden van een paar visueel gezien op gespannen voet met elkaar te staan. En toch zijn het partners die individueel hun kaarten spelen maar gezamenlijk het andere paar proberen te verslaan. In een constructieve onderhandeling zijn onderhandelaars geen tegenstanders maar partners. Het andere paar aan de tafel is de werkelijke tegenstander. Dit tweekoppig monster bestaat uit de beperkingen die tegengestelde belangen de spelers opleggen en de druk van de achterban van elke speler. Bridge wordt algemeen beschouwd als een van de moeilijkste kaartspellen die er zijn. Zelfs de beste spelers beschouwen zichzelf nooit als volledig meester in het spel; goed spelen komt dan ook met een behoorlijke mate van nederigheid.

In een constructieve onderhandeling zijn onderhandelaars geen tegenstanders maar partners

Gedurende de afgelopen drie jaar leken de Brexit-onderhandelingen meer op Poker dan op Bridge. Het Verenigd Koninkrijk speelt met een half oog om de kaarten te zien en één hand op haar rug gebonden door een fanatieke achterban. Bovendien stonden er ook nog eens gigantische spiegels om de spelers heen zodat iedereen kon zien welke kaarten ze vasthielden. Er werd in Londen steeds van spelers gewisseld en de risico’s van no-deal werden bewust opgezocht om de achterban in het gareel te krijgen. De EU had de beste kaarten, vooral omdat timing en volgorde sterk in haar voordeel werkte al ver voordat het spel goed en wel begonnen was. Maar uiteindelijk werkte de spelvorm ten nadele van de uiteindelijke overeenkomst tussen de twee partijen: tot drie keer toe sneuvelde de deal in het Britse parlement, en ook een vierde poging strandde voorlopig... 

Ondanks mooie publieke verklaringen was de intentie aan tafel nooit om Bridge te spelen. De EU kant keek altijd met één oog naar de precedentscheppende werking van Brexit: een akkoord mocht zeker niet té makkelijk tot stand komen en té schappelijk zijn naar de Britten toe. Er moest ook afgeschrikt worden: denk toch drie keer na voordat je de club wil verlaten! Voor de Britten ging Brexit vanaf de eerste dag niet over beleid maar over wie de macht heeft in Groot Brittannië. Zo stemde Boris Johnson twee keer tegen het akkoord maar een derde keer voor omdat het aftreden van zijn voorganger beloofd werd. In een scheiding is het erg moeilijk om onderhandelen te zien als Bridge, als een partnerschap om gezamenlijke waarde te creëren (of tenminste: verliezen te minimaliseren). Er is leiderschap voor nodig om niet in Poker te vervallen. 

Comments


bottom of page